Tijd

Om tijd te winnen
heeft de vorm van een labyrint. In de loop van twintig jaar schrijven groeide
dit labyrint naar zijn vorm, elk gedicht en elke cyclus voegt een ruimte toe om
in rond te kijken, of een complex van ruimtes, gangen en trappenhuizen. Er is
veel te zien in de verschillende ruimtes: Kreta, de Nieuwe Maas, de
Guadalquivir en verschillende zeeën, kunstwerken en monumenten, bruiloften,
dansende kinderen, goden en clowns, archeologen en de oertijd. En er gebeurt
veel: er wordt bemind, er wordt oorlog gevoerd, er wordt gezongen, muziek
geluisterd en feest gevierd, er wordt rondgekeken en gefotografeerd (vooral
mislukte foto’s).
Wat
is poëzie meer dan rondkijken wat er te zien is in een gedicht, wat er gebeurt,
op het eerste gezicht, en bij een tweede blik, en een derde, als het labyrint
groeit? Dat vraagt tijd. Om
tijd te winnen is een uitnodiging om rond te dwalen.